Zegt de naam Craig Green je niets? Opletten dan, want deze Britse mannenmodeontwerper gaat heel groot worden.
Door: Bregje Lampe | Eerder gepubliceerd in juli 2018 in Vogue MAN
Hij geldt als een van de grote beloften in de mannenmode. En dat niet alleen: Craig Green (32) is ook nog eens een van de aardigste ontwerpers around. Een schat, volgens een vriendin in Londen die hem via via kent. Zelfs aan de telefoon neemt hij de tijd voor zijn antwoorden – ‘en bel gerust terug als je nog iets wilt vragen,’ zegt hij na afloop. Kom daar maar eens om in een industrie waarin jachtigheid de norm aan het worden is. Tien jaar geleden begon Green aan kunstacademie Central Saint Martins in Londen, met het plan om beeldhouwer of kunstenaar te worden. Het idee om mode te gaan ontwerpen, ontstond pas toen hij kennismaakte met de andere modestudenten.
‘Dat was een hechte groep die veel samen optrok. Ik voelde me daar meer thuis dan tussen de studenten op de afdeling beeldende kunst en besloot daarom te switchen naar mode en textiel. Dat leek me een veilige keus: dan kon ik altijd nog prints ontwerpen als het met kleding niet zou lukken.’ Hij lacht, verontschuldigend bijna. Met kleding is het op zijn zachtst gezegd wél gelukt. Hij begon vrijwel direct na zijn studie zijn eigen merk, won in 2014 de prijs voor Emerging Menswear Designer tijdens de British Fashion Awards en in 2016 én 2017 de prijs voor Best British Menswear Designer.
‘Ik had nog nooit een glossy opengeslagen’
‘Ik weet nog goed dat ik tijdens mijn studie naar die uitreikingen keek. Toen kon ik me niet voorstellen dat ík ooit op dat podium zou staan. Laat staan twee keer achter elkaar.’ Mode, zegt hij, ging niet meteen vanzelf. ‘Ik wist he-le-maal niets, had zelfs nog nooit een glossy opengeslagen. Ik heb geen typische mode achtergrond: ik ben opgegroeid in een eenvoudige arbeidersfamilie in Hendon, een klein stadje ten Noorden van Londen. Ik hield ervan om dingen te maken, maar ik had weinig affiniteit met de vrouwelijke spektakelmode en de glamour waar mijn medestudenten zo van hielden.’
Pas tijdens zijn stages, eerst bij de Belg Walter Van Beirendonk en later bij de Deen Henrik Vibskov, kreeg hij door dat juíst zijn eigenzinnige kijk op kleding weleens hele goede mode op zou kunnen leveren. Inmiddels wordt zijn eigen stijl gezien als zijn grote kracht. Het belangrijkste kenmerk van zijn label is de nadruk op uniformen en workwear. Wat dat betreft heeft hij de tijdgeest mee, want op uniformen en workwear geïnspireerde details zijn niet weg te denken uit het huidige modebeeld. Maar Green is daar dus niet mee aan de haal gegaan omdat ze toevallig hip zijn.
Hij is er al zijn leven lang door gefascineerd. ‘Veel mensen hebben negatieve associaties bij uniformen, ik niet. Het mooiste vind ik dat ze voor een zekere mate van gelijkheid zorgen. Natuurlijk probeerde ik als puber de grenzen op te zoeken en trok ik uit balorigheid sneakers en een capuchontrui onder mijn schooluniform aan. En toch vond ik die ene dag per jaar dat het schooluniform niet verplicht was helemaal niet leuk. Zonder uniform waren we niet meer gelijk en werden er meer oordelen geveld; ineens ging het over wat je had in plaats van wie je was,’ zegt Green.
‘Ik wil lievelingskleren maken’
‘Ik heb het meest met uniformen die functioneel en in zekere zin nederig zijn. Ik heb bijvoorbeeld weleens geprobeerd om een militaire jas te ontwerpen, maar dat bleef een buitenbeetje in de collectie. Pas toen ik besefte dat het om de jas van de generaal ging, zegmaar degene die de orders uitdeelt, snapte ik waarom-ie niet in mijn collectie paste. Ik hou niet van een statig uniform, maar van échte werkkleding. Daar ben ik mee opgegroeid. Mijn moeder was verpleegster, mijn vader en mijn ooms werkten als timmerman, loodgieter en stoffeerder. Ze droegen allemaal een uniform als ze aan het werk waren,’ zegt Green. ‘Ik mis dat beeld. Wanneer zie je nou nog een groep verpleegsters of loodgieters op een bus wachten? Dat bestaat niet meer in Londen.’
Wat je tegenwoordig wel ziet in Londen: hippe types in een worker jacket van Green. Als hij zijn merk in één kledingstuk zou moeten samenvatten, dan is het zo’n werkmanjasje. Het bekendste model is een licht gewatteerd, doorgestikt jack met opgestikte zakken, een boxy fit en een striksluiting net onder de borst. Het worker jacket is onderdeel van de Core Collection, een doorlopende collectie met items voor iedere dag. ‘Ik wil lievelingskleren maken. Het is mijn droom dat mijn worker jacket op termijn uitgroeit tot een klassieker, net als de trenchcoat dat is voor Burberry. Ik heb veel respect voor merken die een item ownen. Dat vind ik het hoogst haalbare in de mode,’ zegt Green.
‘Moncler is ook zo’n merk. Wie aan Moncler denkt, denkt aan een gewatteerd jack. Toen ik vorig jaar werd gevraagd om een capsulecollectie voor Moncler Genius te ontwerpen, heb ik me eerst verdiept in de geschiedenis van het merk en die van bergexpedities.’ Uiteindelijk was de foto van een man die ingepakt op een brancard lag het uitgangspunt van zijn eerste collectie. Dat leverde een gewatteerd pak op dat zich nog het best laat omschrijven als de outfit van een Michelinmannetje. Een hit; het pak werd onder meer gedragen door rapper en stijlicoon Asap Rocky, die het uiteraard op zijn Instagramaccount zette.
‘Het runnen van een eigen merk is een soort puzzel’
Dit najaar verschijnt de derde collectie van Green voor Moncler Genius. ‘Ook daarin draait het om bescherming en functionaliteit. Maar ook het logo van Moncler speelt een rol. Dat is heel grafisch en ik werk graag met sterke grafische elementen,’ zegt Green. De collectie werd eerder dit jaar tijdens Milan Fashion Week gepresenteerd, met een spectaculair evenement waarbij de ontwerpen in een donkere ruimte met verschillende tenten en enorme opblaasbare torens stonden.
Green is niet alleen een getalenteerd ontwerper, hij is óók geïnteresseerd in de zakelijke kant. ‘Het runnen van een eigen merk betekent een heleboel organisatorische rompslomp. Van het vinden tot de juiste mensen in het atelier tot en met de zoektocht naar de beste producenten en de beste winkels. Ik weet dat veel collega ontwerpers dat soort dingen vreselijk vinden, maar ik vind het serieus leuk om me daarmee bezig te houden. Ik zie het als een puzzel. Net als het ontwerpen van een geslaagd kledingstuk, dat is eigenlijk ook een soort puzzel.’
Maar presentatie is belangrijk voor Green. Terwijl het overgrote deel van zijn collectie opvallend praktisch en draagbaar is, is de presentatie altijd uitgesproken en overrompelend. Tijdens de show met de nieuwe wintercollectie, begin dit jaar in Londen, droegen modellen bijvoorbeeld grote houten constructies waardoor ze op vogelverschrikkers en totempalen leken. ‘Met mijn shows wil ik bepaalde emoties oproepen en het verhaal achter een collectie vertellen. Of bezoekers na afloop het concept wel of niet begrijpen, maakt me niet zoveel uit. Het gaat mij er vooral om dat ze iets vóelen.’
‘Een ontwerper is zo goed als zijn laatste collectie’
Zijn aanpak werkt: zijn shows zijn al een paar seizoenen onderwerp van gesprek tijdens de mannenmodeweek in Londen. En in juni werd hij uitgenodigd door de organisatie van Pitti Uomo, de meest prestigieuze mannenmodebeurs ter wereld, om daar een show te geven, met zijn collectie voor volgend jaar zomer. Dat is eervol, want een uitnodiging voor Pitti betekent dat zijn werk wordt gezien en wordt gewaardeerd. Niet alleen door een handjevol voorlopers, maar door een steeds groter publiek. Eerder gaven onder meer Raf Simons, Jonathan Anderson en Virgil Abloh een show tijdens Pitti – allemaal bekende namen met dito merken.
De gewaardeerde modecriticus Tim Blanks vergeleek Green nog niet zo lang geleden met Rei Kawakubo van Comme des Garçons, een ontwerper met een legendarische status. Het is de enige keer dat Green stilvalt aan de telefoon. ‘Ja, ik heb dat ook gelezen….. dat is eervol, ja. Zeker van iemand met zo’n staat van dienst als Tim,’ zegt hij haperend. ‘Maar ik heb niet het gevoel dat ik gearriveerd ben hoor. Zeker niet. Volgens mij ben je in de mode nooit gearriveerd. Dit is geen industrie waarin je rustig achterover kunt leunen. Er is altijd weer een nieuw seizoen om je zorgen over te maken. Een ontwerper is zo goed als zijn laatste collectie.’
Craig Green in het kort
2012: begint zijn eigen merk in Londen
1024: wint Best Emerging Menswear Designer Award
2016: wint Best British Menswear Designer Award
2017: wint Best British Menswear Designer Award
2017: samenwerking met Moncler Genius
2017: doet het kostuumontwerp voor de film ‘Alien: Convenant’
2018: wordt uitgenodigd door de organisatie van Pitti Uomo