Door: Bregje Lampe | Nieuwsbrief verstuurd op donderdag 1 juli 2021
1. Overheidsbemoeienis: for real?
‘Only government can make fashion sustainable,’ schreef Maxine Bédat onlangs in een opinie artikel voor BoF, waarin ze pleit voor wetgeving rondom eerlijke en duurzame productie. Zolang een collectieve meetlat ontbreekt, kunnen bedrijven zich te gemakkelijk groener voordoen dan ze werkelijk zijn. Bédat is momenteel volop in het nieuws omdat ze een boek schreef over de reis van een spijkerbroek: ‘Unraveled: The Life and Death of a Garment’.
Vanessa Friedman merkt in haar boekbespreking voor The New York Times treffend op dat dit boek onderdeel is van een groeiend genre: horrorverhalen over de kledingindustrie. Ik bleef haken bij de vergelijking die ze maakte met Roald Dahl (een persoonlijke favoriet). ‘Als hij nog zou leven, had hij kunnen schrijven over een fashionista die werd opgeslokt door een berg afgedankte opsmuk.’ Prachtbeeld, toch? (Doet me denken aan een expositie van Christian Boltanski in Grand Palais, kijk ff mee).
Terug naar Bédat. Haar carrièrepad is typerend voor de transformatie die momenteel aan de gang is. Ze studeerde politicologie, economie en rechten; in 2009 werkte ze mee aan het Rwandatribunaal. Vier jaar later zette een ze een duurzaam modemerk op: Zady. Ze werd het gezicht van een nieuwe generatie smaakmakers-met-ethisch-besef. Circa vier jaar later stopte ze met Zady.
‘We can’t buy ourselves out of the problem,’ zei ze daarover tegen Whitney Bauck, die in dit artikel de vinger op de zere plek legt. ‘When asked what the sustainable fashion movement needs most to make more progress, not a single person answered, “more brands”.’ Bédat had geconcludeerd dat de aanschaf van meer spullen niet de meest efficiënte weg is naar een meer ethische modewereld.
2. Weeffouten
Natuurlijk geven consumenten die de manier waarop iets wordt gemaakt meenemen in hun aankoopoverwegingen, het systeem een zetje. Maar het kan ook anders. Bédat begon daarom het New Standard Institute, dat ze omschrijft als een ‘think and do tank using data and the power of citizens to turn the fashion industry into a force for good’. In haar nieuwe boek legt ze de weeffouten in het huidige kapitalistische systeem bloot. Sinds de aandacht is verschoven van stakeholders naar shareholders, een verandering die in de jaren zeventig in gang is gezet, gaat winst boven alles.
‘Hoewel regulering meer macht brengt in handen van bureaucraten, wat ik niet prettig vind, erken ik de noodzaak. Het is de enige manier om de gevolgen van groei te beheersen in een complexe, moderne samenleving. Het kan niet anders,’ zei Vaclav Smil begin dit jaar in een interview met Marco Visscher in de Volkskrant. Smil is een eigenzinnige intellectueel; hij is de favoriete denker van Bill Gates, hij woont in een zelfgebouwd huis, hij kweekt zijn eigen paprika’s. ‘We leven in een systeem waarin we telkens meer, meer, meer verwachten. Dat is volkomen onredelijk en irrationeel, want de aarde kan dat niet ondersteunen.’
3. Iets anders
Vanessa Friedman en Sapna Maheswari schreven voor The New York Times over de grote ommezwaai van Victoria’s Secret. Dat het Amerikaanse lingeriemerk zo lang zo succesvol is geweest met groots opgezette shows waarin – zacht uitgedrukt – een nogal eenzijdig vrouwbeeld werd gepromoot, heeft te maken met het feit dat glamour en spektakel rond de eeuwwisseling belangrijker waren dan inclusiviteit en diversiteit. Veel vrouwen keken op tegen de Angels; glamourous spektakelpoezen met het lichaam van een barbiepop.
Twee jaar geleden werd het merk keihard ingehaald door de tijdgeest; marketingdirecteur Ed Razek kwam in opspraak toen bleek dat hij niets moest hebben van plussize modellen en transgenders. Het merk was in keer achterhaald. Shows werden gecanceld, verkopen kelderden. Er werden nieuwe mensen aangetrokken, onder wie marketingdirecteur Martha Pease, die ervaring heeft bij Apple, L’Oréal en de Boston Consulting Group.
Nu probeert het merk klanten terug te winnen met een radicaal andere koers. ‘We maken niet langer wat mannen willen, maar wat vrouwen willen,’ zegt de nieuwe topman Martin Waters. Victoria’s Secret pronkt nu met een divers team van ambassadeurs zoals het bi-raciale plussize model Paloma Elsesser en de lesbische voetballer Megan Rapinoe. Dit is een van de grootste herpositioneringsoperaties uit de recente modegeschiedenis. De grote vraag is: gaan we het geloven?
4. Nieuw Nederlands talent
Fiona Hering schreef in Het Parool over Amsterdammer Luca Hamers. Hij studeerde onlangs af aan Central Saint Martins en heeft intussen een mailbox vol verzoeken van muzikanten, aanvragen van winkeliers en job offers. Waarom is juist hij succesvol? Hij raakt een gevoelige snaar. Zijn werk is net zo duister als dat van Rick Owens én net zo functioneel als dat van Stone Island. Met zijn zwarte en gelaagde kleding wil hij anonimiteit faciliteren. Neem ‘The Stillness Jacket’, een jas die met een rits dicht kan, als een cocon.
Ook niet onbelangrijk: hij heeft de wind mee. Voordat hij aan Saint Martins begon, volgde Hamers een marketingopleiding aan Imperial College London, een prestigieuze universiteit. Zijn middelbare school maakte hij af aan het Zwitserse Le Rosey, een kostschool die ruim een ton per jaar kost. En terwijl veel klasgenoten in paniek waren omdat de school dicht was vanwege Covid, had hij een studio aan huis in Notting Hill, een prijzige buurt in Londen. Volgens Hering is hij ‘nu een team aan het formeren, zodat hij straks de ideeën en de technische instructies kan leveren en anderen de kleren maken.’
5. Fashionweek: for real?
Afgelopen maandag gaf Marc Jacobs een show in New York – een teken dat de stad weer draait. Jacobs geldt als een creatief genie; wat hij doet, wordt geheid gekopieerd. (Voor de volledigheid: als tiener vond ik zijn grunge collectie uit 1992 het toppunt van stijl). Dit keer kwam hij met kleren die Vanessa Friedman in The New York Times treffend omschrijft als ‘Metaphor clothes! A story of re-emerge, told in crazy, couture-scaled skiwear.’ Meer lezen over de Amerikaanse ontwerper die in 1985 zijn eerste collectie onder eigen naam uitbracht? Aatish Taseer schreef vorig jaar een geweldig interview voor T Magazine.
Ook de mannenmodeweken in Milaan en Parijs zijn net voorbij. Een handvol merken organiseerde een live modeshow, de rest gaf digitale presentaties. De meeste modemerken hengelen momenteel naar de portemonnee van Gen Z: ‘Each created collection focused intently on guys just barely past puberty and in a way that stirred sympathy for a generation whose natural cadence was broken by the pandemic,’ aldus Guy Trebay in The New York Times.
Volgens de Financial Times, die verwijst naar de cijfers van Euromonitor, hebben de 2,5 miljard Gen Z-ers wereldwijd naar verwachting 33 biljoen dollar te besteden in 2030. De stelling in de mode is dat trends na grofweg twintig jaar terugkomen, al gaat het vaak sneller. Hoe dan ook: Gen Z gaat hard op alles uit de vroege jaren 2000. De meest letterlijke verwijzing kwam van Dolce & Gabbana, dat een T-shirt met de tekst “2000 fashion moment” liet zien. Ik vond dit beeld van zwartgeklede bezoekers die op anderhalve meter afstand door de telefoon naar de show kijken ook sterk – de backdrop van Balenciaga.
De digitale presentatie van Dries Van Noten lijkt gemaakt om op een telefoonscherm te bekijken: het beeld is staand in plaats van liggend. Een simpele en doeltreffende manier om een jonger publiek te bereiken. Zonder dat het ten koste van de kleren gaat. Ook deze collectie van de Belgische-ontwerper-die-niet-schreeuwt was een overtuigende combinatie van vorm, kleur, snit, materiaal en motief. Een presentatie waarvan je zin krijgt om de kleren in het echt te zien. Én aan te trekken.
En dan nog even dit:
- Een beetje reclame voor ‘mijn’ AMFI-studenten, die de afgelopen maanden, tijdens de Minor Fashion and Editorial Branding een magazine met een eigen geluid in elkaar hebben gezet én en passant bewijzen dat pint de tijd kan vertragen. Dit jaar kozen ze voor de party dress als thema. Want die mag eindelijk weer uit de kast. Als je Garment magazine 2020 nog niet in huis hebt, kun je er – onder meer – hier een bestellen.
- En een shout-out voor de 74-jarige Pieke Stuvels uit Zandvoort (!), die samen met de 34-jarige Nienke van Leverink ‘Het Grote Naaiboek’ schreef, dat gisteren werd besproken in de Volksrant. Stuvels carrière in de zelfmaakmode vat de gang van zaken in die sector mooi samen. Tot de jaren tachtig had ze volop werk, toen lag alles stil door de opmars van fast fashion en sinds het weer hip is om zelf kleding te maken – Stuvels noemt 2005 een omslagpunt – heeft ze weer meer werk.
- Modelogica is te gast tijdens de Digital Fashion Week. Als moderator begeleid ik twee gesprekken, eentje over de opmars van ruilen, verhuren en verhandelen (8 juli) en eentje over ontwikkelingen in de retailsector (6 juli). Én ik wordt zelf geïnterviewd over mijn werk (7 juli). Kijken dus.
- Voor Duurzame Mode 025 en het Fashion en Design Festival Arnhem ging ik in gesprek met ontwerpers uit de regio Arnhem en Nijmegen over een nieuw soort modelogica. Hoe verhouden deze ontwerpers, die hun best doen om de wereld beter te maken, zich tot een systeem waarin de logica nog zo vaak gebaseerd is op meer, meer, meer?
- Ik wil iedereen die heeft gedoneerd heel erg bedanken. DANK voor de steun, voor het vertrouwen. Heb je nog niet gedoneerd? Graag doen; iedere vorm van steun, wordt zéér gewaardeerd. Onafhankelijkheid is al sinds 2005 een van de belangrijkste waarden van mijn journalistieke werk en dat moet zo blijven.